Maasduinen-Ecotop 2023 


Op zaterdag 28 oktober 2023 vond de 1e Maasduinen Ecotop plaats. Een symposium over natuur en landschap in Noord-Limburg. Het thema van de Maasduinen Ecotop 2023 was: Heide in Nationaal Park De Maasduinen.


De Ecotop vond plaats in MFA De Schans te Arcen. Het programma werd geopend door Antoon Splinter, wethouder Gemeente Bergen, tevens voorzitter van Nationaal Park De Maasduinen. Als dagvoorzitters hadden Ton Lenders van het Natuurhistorisch Genootschap in Limburg en Rick van Meel namens Nationaal Park De Maasduinen de touwtjes strak in handen. Dit om er voor te zorgen dat het ochtendprogrammma vlot verliep. De lezingen en korte samenvattingen vindt u op deze pagina.


Tijd voor ontspanning en het maken van sociale contacten was er tijdens het middagprogramma, dat buiten plaatsvond middels vijf themawandelingen in Nationaal Park de Maasduinen. 


Als organisatie hebben we veel positieve reactie gekregen op deze 1e Maasduinen Ecotop, aan een tweede gaan we binnenkort weer werken.


Hebt u aanvullende vragen of opmerkingen neemt u dan contact op via het contactformulier

Ochtendprogramma Maasduinen-Ecotop 2023 


Antoon Splinter, wethouder gemeente Bergen en voorzitter Nationaal Park De Maasduinen
Dagvoorzitters Ton Lenders (L) en Rick van Meel

Intro Maasduinen als Nationaal Park, partners binnen het gebied. Ido Borkent, Gemeente Bergen


Ido Borkent van de Gemeente Bergen introduceert het Nationale Park De Maasduinen, totaal ruim 4.500 hectare natuurterrein, en de partners die daar van belang zijn. Buiten de terreineigenaren Stichting het Limburgs Landschap, Gemeente Bergen, Staatsbosbeheer en particuliere boseigenaren maar benadrukt ook de goede contacten met overige belanghebbende in de streek. Frequent overleg moet leiden naar een duurzame ontwikkeling van het landschap op zowel natuurterreinen als de agrarische sector. De eerste ontwikkelingen zijn hierin al zichtbaar, de schop moet de grond in.


Karakteristiek van de Maasduinen. Louis Reutelingsperger, Natuurhistorisch Genootschap in Limburg.


Louis Reutelingsperger neemt ons vervolgens mee in de vraag wat is karakteristiek aan de Nationaal Park de Maasduinen. Het is niet de natuur op zichzelf, maar meer het landschap waarin die natuur haar plek heeft. De ontstaansgeschiedenis en karakteristieke landschapsopbouw van de Maasduinen worden beeldend toegelicht. Hieruit blijkt dat het natuurlijke landschap gevormd is tijdens sterk wisselende klimaatomstandigheden. Verlaten dalvlakten met restgeulen vormen een serie van rivierterrassen met daarop een gordel van paraboolvormige rivierduinen. Daarna heeft de mens het landschap vormgegeven. Van de bouwwerken in het landschap zijn vooral de langgevelboerderijen karakteristiek voor de streek. Hij sluit af met een gedicht over de kraanvogel, het icoon van Nationaal park De Maasduinen.

Broedvogels van droge heide in de Maasduinen. Jan-Erik Kikkert, SOVON


Jan-Erik Kikkert gaat in zijn presentatie dieper in op de typische broedvogelsoorten van droge heide. Enkele soorten zijn inmiddels uit het Nederlandse landschap verdwenen, denk aan Duinpieper en Klapekster. Afhankelijk van de eisen die soorten stellen aan hun habitat neemt de soort af of juist toe. De Boomleeuwerik bijvoorbeeld profiteert van de droge perioden. Hierin sterven planten af waardoor er meer open, zandige plekken ontstaan. Ideaal voor Boomleeuwerik, maar minder voor Roodborsttapuit.


Korstmossen van de heide. Peter Eenshuistra, Natuurhistorisch Genootschap in Limburg


Peter Eenshuistra neemt ons mee in de wondere wereld van de Korstmossen. Korstmossen zijn een dubbelorganisme van een schimmel en een (twee) alg(en) die in symbiose leven. Een wereld op zich dus. Voor korstmossen in heide en stuifzand geldt: achteruitgang door stikstofdepositie is gevolg van zwakke concurrentiekracht korstmossen, planten en mossen groeien immers sneller. In NP De Maasduinen komen diverse soorten korstmossen voor, denk aan Open en Gebogen rendiermos, Slank en Stuifzandstapelbekertje en Ezel- en Varkenspootje. Korstmossen zijn gebaat bij een schrale grond. Aandacht is gewenst daar waar het gaat om begrazing, zeker als het om de zeldzamere soorten gaat.

Reptielen van de Berger Heide. Paul van Hoof, Natuurbalans-Limes Divergens


Paul van Hoof van Natuurbalans heeft in opdracht van de Gemeente Bergen in 2012 voorkomen en verspreiding van reptielen op de Bergerheide onderzocht. In 2012 zijn vier soorten aangetroffen; De Zandhagedis, Levendbarende hagedis, Hazelworm en Gladde slang. In 2022/23 is het onderzoek herhaald. Uit beide perioden konden dezelfde conclusies worden getrokken. Er zijn grote verschillen per soort, maar geen enkele soort is talrijk, maar er zijn wel enkele kernen aan te wijzen. De Gladde slang blijft zeldzaam en met name de Hazelworm maakt gebruik van de gecreëerde verbindingszones.


Heideblauwtje en Heivlinder. Henk Heijligers, Het Limburgs Landschap


Henk Heijligers van Het Limburg Landschap neemt twee typische dagvlinders van droge heide onder de loep, de Heivlinder en het Heideblauwtje. De Heivlinder heeft het moeilijk. De soort laat een negatieve trend zien vanaf de jaren ’70. De exacte oorzaak is niet bekend, maar kan in relatie worden gebracht met het leefgebied, klimaatveranderingen [vooral droogte] en stikstof. Gelukkig is het een mobiele soort, waardoor hervestigingen mogelijk zijn. Dit in tegenstelling tot het Heideblauwtje. Het Heideblauwtje komt lokaal nog algemeen voor en profiteert van het gevoerde beheer. Het sturen van de populatie naar richting andere geschikte gebieden is lastig vanwege zijn honkvastheid.

Jeneverbessen in de Maasduinen. Esther Lucassen - WUR B-ware


Esther Lucassen van B-Ware bespreekt de ervaringen met het verjongen van Jeneverbesaanplant. Er is onderzoek gedaan naar het voorkomen van mineralen in bodem en plant (naalden en bessen) in relatie tot verjonging van een struik. Hieruit blijkt dat de Stikstof-Calcium verhouding van groot belang is voor het verjongingsproces. Om deze verhouding te optimaliseren is in de Boshuizerbergen een proef gedaan met diep (en oppervlakkig) kalken van de bodem , een proef die gestart is in 2013. Lange tijd bleek er geen effect te zijn, pas na 2021 werden er verjongingen gevonden rond de struiken waar de diepkalktechniek is toegepast. Alleen de bessen van diep gekalkte bomen zijn na 4 jaar van perfecte kwaliteit voor minstens 7 jaar. Bij oppervlakkige bekalken hebben de bessen na drie opeenvolgende droge zomers, waarschijnlijk, een tijdelijke perfecte kwaliteit gedurende twee jaar.


Integraal beheer droge heide. Harry Bussink, Het Limburgs Landschap


Harry Bussink van Het Limburg Landschap gaat in op de uitdagingen die de beheerders hebben om een zo optimaal en gevarieerd biotoop te creëren of te behouden. Daarbij moeten zij rekeninghouden met diverse facetten als cultuurhistorie, huidig voorkomen van planten en dieren, de mensen die er gebruik van maken en invloeden van buitenaf. Invloeden waar je als terreinbeheerder soms geen invloed op hebt, maar wel moet oplossen (depositie, verzuring, vermesting en uitloging basen). Het huidig beheer is er op gericht om herstel en afwisseling te vergroten door kleinschalige maatregelen, waarbij ook buiten de eigen terreinen wordt gekeken.

Foto's: Joop Wolters en Ernest van Asseldonk